"Niets geeft meer het gevoel van oneindigheid als de domheid"
(Odon von Horvàth)
Met frisse goesting werken aan de opbouw van een volwaardig ensemble, dicht bij de mensen, dat raakt met uniek theater, in een eigen stijl... Dat vraagt om kleine geen-geld en geen-gezever producties. Bij de Queeste heet dat spannend nevencircuit: 'Broeikasprojecten'. In dit laboratorium wordt actief en actueel gezocht op alle fronten, en - misschien wel het belangrijkste - 'gepolst' aan ons publiek.
Op 19 februari 1999 ging in het oud bejaardentehuis van Leupegem (Oudenaarde) de eerste BROEIKAS-coproductie van de twee jonge theatermakers-colletieven 'de Queeste' en 'de Mol' in première.
In augustus '99 werden de Queeste en de Mol laureaat op Theater aan Zee.
Het grote enthousiasme waarmee dit project tot nu toe onthaald werd heeft ons ervan overtuigd om HET VERMOEDEN op kleine schaal te hernemen. Zo spelen we alvast op Our House-Winterslag en in het oude gemeentehuis van Veldwezelt.
ARNE SIERENS
Het werk van de Vlaamse auteur, theatermaker en vertaler Arne Sierens, is meermalen onderscheiden. Zijn teksten en vertalingen worden veelvuldig gespeeld, onder andere door de Blauwe Maandag Cie, het Zuidelijk Toneel, Victoria en het Nieuwpoorttheater. Enkele van zijn bekendste stukken zijn: 'De Soldaat-Facteur en Rachel', 'Mouchette', 'Boste', 'De drumleraar', 'Bernadetje' en 'Mijn Blackie'. Het 'Vermoeden' (1982) is één van zijn allereerste stukken.
“Alle stukken van Arne Sierens zijn choreografieën van ijsbergen. Watbliefteru en pardon? Jawel, choreografieën van ijsbergen.
Elk stuk is een minutieus uitgetekend bewegingspatroon van zinnen en personages die slechts een topje van hun ware bedoeling of gedaante laten zien. Een dans van kleine symbolische details en metaforen ook. Wat er op papier staat, dat zijn de toppen van de ijsbergen. Wat de stukken vertellen, zit onder die toppen. Om te ontdekken wat de ijsbergen verbergen moeten we gewoon die toppen goed in de gaten willen houden, hoe klein ze ons ook lijken.”
(Sander van den Broecke in 'ARNE SIERENS - TONEEL')
Stichting de MOL ontstond in de zomer van 1996 toen een aantal Oudernaardse theaterheethoofden besloten een project op stapel te zetten. In september 1997 vond de première plaats van 'König Liebe - über allem stehst du', een bewerking van Ionesco's 'De koning sterft'. De reacties waren dermate positief dat besloten werd om dit project te bestendigen. König Liebe werd het eerste deel in een trilogie, waarbij telkens één trap van de maatschappelijke ladder zou worden afgedaald.
Zo volgde in april 1999 'Celibaat'. Deze Walschap-klassieker, bewerkt door enfant terrible Tom Lanoye, hekelt de kleinburgelijkheid van de burgerij en de middenklasse. Voor Domien Van Der Meiren werd dit zijn artistiek afscheid van de Toneelacademie Maastricht. Zonder de roots te verloochenen werden de Oost-Vlaamse grenzen doorbroken. Het laatste deel van de trilogie volgt in 2001.
Stichting de MOL veroverde op enkele korte jaren een eigen plaats op de theatermarkt. Meer nog dan een theatergezelschap is de stichting een 'vrijplaats' voor jonge theaterfreaks. Voor de hand liggend materiaal wordt resoluut afgewezen en de gemakkelijkste weg naar het succes wordt vermeden. Een lowbudget en no-nonsens aanpak, maar wel gebonden aan de klassieke toneelregels, wordt gekoppeld aan een hedendaagse sfeer en het spelen op locatie.
Nu vinden de mensen van de Queeste en de Mol mekaar voor het eerst in deze BROEIKAScoproductie 'Het Vermoeden'.